Arbeidsrecht advocaat
Maître Zakine, een specialist op het gebied van arbeidsrecht, analyseert de jurisprudentie.
Hier legt ze uit waarom de vorm van de contractuele beëindiging net zo belangrijk is als de inhoud.
Aarzel niet om een afspraak te maken een eerste consult met haar online als u problemen ondervindt.
Doctor in de RechtenAls advocaat die regelmatig voor de arbeidsrechtbank verschijnt, kan zij u advies geven.
Werkgevers of werknemers, neem dat risico niet!
Op basis van twee arresten van de Sociale Afdeling van het Hof van Cassatie van 3 juli 2019 (nr. 17-14.232 en nr. 18-14.414, gepubliceerd in het Bulletin)
Le licenciement, la prise d’acte, la résolution judiciaire, la démission et la rupture conventionnelle constituent les différents modes de rupture du contrat de travail prévus par le Code du travail.
De jurisprudentie heeft de regels op dit gebied verfijnd.
Dit heeft het gedaan met betrekking tot de contractuele beëindiging van het dienstverband, door te oordelen dat het niet voldoende is dat het CERFA-formulier vermeldt dat de beëindigingsovereenkomst in tweevoud is opgesteld. Er moet ook een kopie van de overeenkomst aan beide partijen worden gegeven.
Dit is wat het Hof van Cassatie zei in zijn twee bijzonder belangrijke uitspraken, die werden gepubliceerd in het Bulletin des arrêts de la Chambre sociale.
Dit is dus een formele vereiste die de geldigheid van de contractuele beëindiging conditioneert en het mogelijk maakt om een van de partijen om de nietigheid van de beëindiging te vragen in geval van niet-naleving.
De rechtbanken gaan echter nog verder en eisen dat deze overdracht schriftelijk wordt vastgelegd, wat een bewijskracht heeft, met name voor de rechtbank in het geval van een verzoek tot nietigheid.
De tweede zaak (nr. 18-14.414) zal de Cour de cassation in staat stellen om een verdere verduidelijking te geven.
De rechters van de Cour de cassation oordeelden echter dat als een van de partijen geen kopie ondertekende, de herroepingstermijn niet kon beginnen te lopen. Aan het einde van de herroepingstermijn stuurt de werkgever de beëindigingsovereenkomst naar de DIRECCTE (Arbeidsinspectie).
Beide partijen hebben het recht om het contract binnen 15 dagen na ondertekening te herroepen.
In deze omstandigheden maakte het ontbreken van de handtekening van de werkgever op de kopie die aan de werknemer werd gegeven, de procedure ongeldig, aangezien dit verhinderde dat de herroepingstermijn begon te lopen.
Daarom heeft de Cour de cassation geoordeeld dat alleen de overhandiging aan de werknemer van een kopie van de door beide partijen ondertekende overeenkomst de werkgever in staat stelt om goedkeuring te vragen en zijn herroepingsrecht uit te oefenen.
Om de twee uitspraken samen te vatten en de nodige juridische conclusies te trekken: elk van de partijen moet een kopie van de beëindigingsovereenkomst bewaren, anders is de overeenkomst nietig.
Dit is een belangrijke formaliteit die grote gevolgen kan hebben, aangezien een contractuele beëindigingsovereenkomst aangevochten kan worden gedurende een periode van 12 maanden vanaf de datum van goedkeuring door de DIRECCTE.
Dit type beëindiging lijkt vaak een vereenvoudigd juridisch mechanisme, maar deze twee uitspraken illustreren dat een dergelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst tot een zekere hoeveelheid rechtszaken kan leiden.
Het kantoor helpt u bij alle problemen die kunnen ontstaan in verband met een contractuele beëindiging.